Samenvatting
De handreiking begint in hoofdstuk 1 met de waarde en betekenis die excellentie
heeft voor de betrokkenen binnen de school. Op welke punten wil je
excellent zijn, hoge eisen stellen, sluit dit aan bij het werkveld, en hoe pak je
dat gezamenlijk aan?
In hoofdstuk 2 komt aan de orde, of en hoe excellentie en ambities binnen
de school gewaardeerd worden. Immers, als excellentie en ambities belangrijk
worden gevonden, is het ook belangrijk dat deze kenmerken worden herkend,
erkend en gewaardeerd. Zijn er rituelen en symbolen die daarvoor worden
toegepast?
Hoofdstuk 3 betreft de “manier van doen” binnen de school. Iedereen heeft zijn
helden, d.w.z. rolmodellen die bepaalde werkwijzen of een manier van doen
symboliseren. Wat zijn onze helden, rolmodellen, manieren van doen?
Hoofdstuk 4 gaat over de stimulans van honoursprogramma’s. Deze programma’s
zijn in de eerste plaats bedoeld om de uitdaging te vergroten voor
studenten die meer willen en meer kunnen. Ze zijn echter ook een middel om
de cultuur van excellentie “in den brede” en een ambitieuze studiecultuur te
stimuleren. Gebeurt dat voldoende?
Hoofdstuk 5 geeft een model met vier dimensies die als kenmerkend kunnen
worden beschouwd voor een cultuur van excellentie en een ambitieuze studiecultuur.
Herkent iedereen zich in dat beeld? Is dit kenmerkend voor het team?
Wat kunnen we nog meer doen om die cultuur te benaderen?
In het laatste deel is meer achtergrondinformatie te vinden over cultuur,
schoolcultuur en studiecultuur en hoe die zich tot elkaar verhouden.
heeft voor de betrokkenen binnen de school. Op welke punten wil je
excellent zijn, hoge eisen stellen, sluit dit aan bij het werkveld, en hoe pak je
dat gezamenlijk aan?
In hoofdstuk 2 komt aan de orde, of en hoe excellentie en ambities binnen
de school gewaardeerd worden. Immers, als excellentie en ambities belangrijk
worden gevonden, is het ook belangrijk dat deze kenmerken worden herkend,
erkend en gewaardeerd. Zijn er rituelen en symbolen die daarvoor worden
toegepast?
Hoofdstuk 3 betreft de “manier van doen” binnen de school. Iedereen heeft zijn
helden, d.w.z. rolmodellen die bepaalde werkwijzen of een manier van doen
symboliseren. Wat zijn onze helden, rolmodellen, manieren van doen?
Hoofdstuk 4 gaat over de stimulans van honoursprogramma’s. Deze programma’s
zijn in de eerste plaats bedoeld om de uitdaging te vergroten voor
studenten die meer willen en meer kunnen. Ze zijn echter ook een middel om
de cultuur van excellentie “in den brede” en een ambitieuze studiecultuur te
stimuleren. Gebeurt dat voldoende?
Hoofdstuk 5 geeft een model met vier dimensies die als kenmerkend kunnen
worden beschouwd voor een cultuur van excellentie en een ambitieuze studiecultuur.
Herkent iedereen zich in dat beeld? Is dit kenmerkend voor het team?
Wat kunnen we nog meer doen om die cultuur te benaderen?
In het laatste deel is meer achtergrondinformatie te vinden over cultuur,
schoolcultuur en studiecultuur en hoe die zich tot elkaar verhouden.
Originele taal-2 | Dutch |
---|---|
Uitgeverij | Hanzehogeschool Groningen |
Aantal pagina's | 22 |
Status | Published - 2013 |
Keywords
- hoger onderwijs
- cultuur